Daar wilden we dus naar beneden. Achter het kerkje verdween het pad, de dieperik in. foto 1
Aanvankelijk een 200 tal treden naar beneden... waarbij het tot ons doordrong dat we die achteraf ook terug omhoog zouden moeten klauteren...
Verderop gingen de treden over in een brokkelig en afbrokkelend paadje.
Even een schietgebedje prevelen in een kapelletje en een kaarsje branden om enkele vondsten af te smeken leek voor een van onze medereizigers een passend gebaar. foto 2
De droge verticale rotsen herbergden voorlopig, ondanks alle piëteit, enkel een niet nader geïdentificeerde halfheestertje, niet bepaald hoopgevend. (foto 3) Misschien kan één van de lezers het identificeren ?
We daalden steeds dieper in de kloof af, zonder noemenswaardig succes... althans wat de flora betrof, want het landschap (en de trappen) bleken letterlijk adembenemend.