Bij x omeiense is dat toch niet duidelijk. Is een kruising van acuminatum x fangii.
Wie zegt mij dat de 'Night Mistress' niet een leuke zaailing is, gevonden bij Probst?
Alle nakomelingen van grandiflora kunnen handpollinated zijn.
Maar goed, ik heb het ook gelezen bij Wikipedia. Het kan en het mag.
Het is ook de reden, waarom ik mij de laatste jaren een beetje van Epimedium heb afgewend. Een ongelooflijke wildgroei aan namen. Er is geen enkele controle meer over wat goed is en wat niet. Koen moet er wel wanhopig van worden. Ook ik ben aan het hybridiseren geslagen en ja er ontstaan aardige kruisingen.
Bij orchideeën gaat dat heel anders toe. De hele orchideeën wereld is in rep en roer als er ergens in Europa een "vermeende" nieuwe hybride, variëteit oid wordt gevonden, Meteen wordt dat gepubliceerd en niemand haalt het in zijn hoofd om er zomaar een eigen naam aan te geven. Dat laat je over aan de specialisten, waar er maar een paar van zijn. Uiteindelijk ontstaat er dan concensus en gaat iedereen de naam gebruiken.
Op zich is het wel duidelijk, hoor Gerrit.
Alle benaamde x omeiense zijn wildhybriden (tussen in het wild overlappende populaties van beide oudersoorten) en vandaar dus de botanische hybride naam.
Daaruit zijn dan, uit het wild, afwijkende kleurvormen geselecteerd, door voornamelijk Mikinori Ogisu en Dan Hinkley, die een cultivarnaam kregen. Je kan natuurlijk ook de kruising in je eigen tuin maken en dan daaruit selecteren en benamen, die dan ook x omeiense 'Huppeldepup' zouden worden, maar tot nog toe weet ik enkel van wildselecties.
Probst zelf zegt dat hij 'Night Mistress' vond in Sichuan, na een ritje van een halve dag.
Sommige vormen van grandiflorum zijn idd in tuinen ontstaan, van andere is het niet geweten, maar van de vormen die ik hierboven opsomde is het geweten en beschreven dat ze wildselecties zijn. (Soms zit het in de naam, Akagi Zakura is gevonden op de berg Akagi, de Mt Kitadaki vormen op de berg Kitadaki.)
Ik kan je verzekeren dat geen enkele botanicus een nieuwe botanische ondersoort of var. wil beschrijven gebaseerd op een kleurverschilletje van één plant, en maar goed ook, het is al ingewikkeld genoeg en net daarvoor zijn er cultivarnamen.
Ik geef je gelijk met de naamgeving van nieuwe cultivars bij Epi's...uit elke kruising krijg je weer leuke nieuwe vormen en als je die allemaal gaat gaan benamen dan krijg je een ziektebeeld zoals bij de sneeuwklokjes (sorry voor de galanthofielen die dit lezen, maar zo is het wel, trop is té veel). Net zoals zo vaak heeft het ook te maken met geld natuurlijk. Een nieuwe Epimedium kan al snel voor 15 € verkocht worden ipv de doorsnee 5 €. Dit staat wel los van het feit of je een cultivarnaam of var. naam geeft aan een plant; als je elke afwijkende vorm van planten in het wild een nieuwe botanische naam zou geven, dan krijg je hetzelfde probleem maar dan met variëteitsnamen ipv met cultivarnamen.
Ik zie geen verschil met de orchidëen hoor, Gerrit. De benaming van wildvormen van Epi's (zowel botanisch als op cultivarniveau) is tot nog toe ook altijd gebeurd door specialisten (Dan Hinkley, Darrel Probst, Mikinori Ogisu,...)
bvb: Ophrys apifera x Ophrys fuciflora wordt Ophrys x albertiana, zelfde als Epimedium acuminatum x Epimedium fangii die Epimedium x omeiense wordt. Veronderstel nu dat je één vorm met gele strepen op de sepalen vindt tussen tien Ophrys x albertiana (en het staat met zekerheid vast (genetisch onderzoek) dat het een Ophrys x albertiana is), dan ga je die toch geen nieuwe botanische naam geven? Dan krijgt hij een cultivarnaam, want het is gewoon variatie binnen de soort (in dit geval binnen de hybride)