Sneeuw, sneeuw, sneeuw, dit jaar schijnbaar eindeloze sneeuw,
tot ik er bijna van geeuw.
Gezaag en geklaag,
alweer een sneeuwvlaag.
Het schijnt maar niet op te houden,
'k ben bovendien alweer verkouden.
Maar wanhoop niet,
wie het nog niet ziet,
's avonds staat de zon,
al wat langer aan de horizon.
Het prille voorjaar komt nu dichterbij,
een stil verlangen voor jou en mij.
We zitten er allemaal naar te smachten,
we zullen er nog even moeten op wachten.
Maar geduld is een schone deugd,
Straks zijn we allen weer verheugd.