Mijn laatste bergtochten brachten ons naar het Adamello-Presanella-gebergte. Hier kwamen wij twee keer.
Met de auto kan je op de Tonalepas rijden tot op 1883 m. In de zomer heerst er een doodse stilte, maar tijdens de winter is dit een superdruk wintersportgebied.
Langs weerszijden van de weg voeren kabelbanen het gebergte in. De kabelbaan ten zuiden lijkt ons het meest interessant, want die gaat het hoogst: tot ruim 2500 m. Je kan dan nog honderden meters met een stoeltjeslift overbruggen of je gaat te voet naar boven tot daar waar het gletsjergebied zich bevindt. Dat laatste leek mij het leukst.
We bevinden ons hier terug op een zure bodem en een groot aantal planten die we elders zagen, kwamen we ook hier weer tegen.
Deze Senecio incanus kregen we nog niet eerder te zien, deze fotogenieke planten wisten zich in een nauwe crevice te handhaven.