Ik heb ook een voorbeeld, een hele moeilijke (voor mij toch) maar met geweldig grote bloemen.
Het is een cultivar van Karel Lang, ontstaan uit de combinatie lowndesii, burseriana, lilacina, aretioides, media, eigenlijk is het lowndesii x Krakatit.
Hoe meer natuurvormen er in een cultivar zitten, hoe moeilijker die doorgaans is en meestal hoe mooier ook.
Is volkomen natuurlijk dat gegeven, dat is bij vrouwen ook zo ...
Daarvan zijn er twee : J-W-Goethe en Golem, allebei dus lowndesii x Krakatit.
Met de Goethe heb ik geen enkele last.
Golem heeft fantastisch grote bloemen maar is niet zo compact en nogal een losse groeiwijze.
Ofwel is de mijne ziek, ofwel is het gewoon zo een lastige kerel.
1/ Klein plantje in de crevice, ziet er maar zielig uit
2/ Golem in een klein gaatje in een zandsteen, zo gezond als een vis
3/ Golem in een pot, dit is de enige die overdekking heeft, ziet er ook maar belabberd uit.
4/ Golem in de marmer rotstuin, in wat zwaardere grond, dit is de beste, heeft wat afgezien, maar dat valt heel goed mee.